Skip to main content

Wanneer moet een ZZP'er schade betalen aan zijn opdrachtgever? Hoe zit het met de verzekering van de opdrachtgever?

01 februari 2024
Frits Bienfait

Met enige regelmaat in het nieuws: ‘binnenschip vaart tegen brug’. De schade is soms groot. Kan de verzekeraar van het schip zich verhalen op de schipper die een fout maakte? En maakt het uit of de schipper een zzp’er is? En is deze vraag beperkt tot de binnenvaart?

Nu is dit soort schade helaas niet uniek. In het afgelopen jaar lazen we over diverse schadevaringen met bruggen of sluisdeurenvoetnoot 2.

De vraag kwam aan de orde in een recent gepubliceerd vonnis van de rechtbank Rotterdam. Disclaimer: ons kantoor stond de schipper bij. De uitspraak kunt u lezen via de link onderaan deze bijdrage.

De aanvaring met de Budabrug

Wat was het geval: een zzp’er, aflosschipper, was in enige haast, zonder nadere afspraken te maken aan boord gevraagd. Alleen over het tarief waren afspraken gemaakt. De schipper voer het schip door België, waarbij het helaas tot een aanvaring kwam met de Budabrug in Brussel. De aflosschipper had schuld, hij had niet opgelet. Hem werd geen grove schuld (bewuste roekeloosheid), laat staan opzet verweten. Als van dat laatste sprake zou zijn, dan is de zzp’er sowieso het haasje en onverkort aansprakelijk. Er was geen letselschade, maar wel grote materiële schade. Voor niemand was dit een prettige situatie.

De verzekeraar van het schip zocht verhaal op de zzp’er

Het werd nog minder prettig toen de verzekeraar en de eigenaar van schip de aflosschipper aanspraken tot integrale betaling van de schade. Het ging om ruim € 600.000 aan gevorderde schade.

De zzp’er had zelf geen verzekering tegen dit soort aansprakelijkheid. Ik durf de stelling wel aan dat er vele aflosschippers in de binnenvaart werken als zzp’er en dat zij er gewoonlijk vanuit gaan dat zij onder dekking van de verzekering zouden vallen en dat de schade dus door de verzekering zou worden gedekt en betaald.

Zo niet in de polis van deze verzekeraar, een in Duitsland gevestigde verzekeraar, op grond waarvan ingeleend personeel niet was meeverzekerd én waarin regres op bemanningsleden niet was uitgesloten.

Zoals gezegd had deze aflosschipper zichzelf niet verzekerd voor aansprakelijkheid. Dergelijke verzekeringen zijn niet gemakkelijk te sluiten, als er al mogelijkheden voor zijn of waren. Een gewone aansprakelijkheidsverzekering die vele particulieren zullen hebben, dekt geen schade veroorzaakt ‘met een voertuig of vaartuig’. Kortom, beroepsmatig verzekeren is geen gewone zaak voor aflosschippers.

Ik merk op dat dit ook geldt voor de vele zzp’ers die in de bouw of installatietechniek werken. Ook zij kunnen bij fouten door derden worden aangesproken. Als er over die aansprakelijkheid, regres en eventuele vrijwaring geen afspraken worden gemaakt met de opdrachtgever, dan lopen zij grote risico’s waarvan zij zich niet bewust hoeven te zijn.

Werknemers zijn beter beschermd

U zult misschien opmerken dat dit anders is voor werknemers, en dat klopt. Werknemers hebben in de Nederlandse wet een uitdrukkelijke bescherming tegen aanspraken van derden of werkgevers als er fouten worden gemaakt. Als er sprake is van opzet of grove schuld, dan is een aanspraak mogelijk. Voor grove schuld is veel nodig, namelijk bewuste roekeloosheid. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als de werknemer zich tijdens het verrichten van zijn onmiddellijk aan het ongeval voorafgaande gedraging van het roekeloos karakter van die gedraging daadwerkelijk bewust is.

Een ander incident uit de scheepvaart maakt dit duidelijk, waarbij het ging om het over het hoofd zien van een brug. Dat lijkt erg op het geval dat ik hier bespreek over de aanvaring met de Budabrug. Toen ging het om een loods, van het ms. Solon, die zich er niet bewust was dat de oude Vlakebrug nog op zijn plek lag, en dat deze te laag was om onderdoor te varen. Een loods is, net als een werknemer, beschermd door (in dit geval de Loodsen)wet. Was de loods grove schuld te verwijten? De Hoge Raad oordeelde als volgt: onder grove schuld in de zin van artikel 3 Loodsenwet moet worden verstaan een handelen of nalaten van de loods dat roekeloos en met de wetenschap dat schade er waarschijnlijk uit zou voortvloeien is geschied.

De casus in de Solon-uitspraak verschilt niet zoveel van de casus in de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, maar het probleem voor de aflosschipper is dat de wet geen bescherming voor zzp’ers kent die gelijk is aan die van een loods of werknemer.

Het verweer van de zzp’er: zorgplicht van de opdrachtgever

De afslosschipper die in aanvaring kwam met de Budabrug was er blind vanuit gegaan dat als hij een fout zou maken, de verzekering van het schip de gevolgen wel zou dekken. Hij was niet gewaarschuwd, zo voerde hij aan, door de directeur van de eigenaar van het schip (die hem al dan niet indirect had ingehuurd en zelf ook aan boord was) dat in de polis van de Duitse verzekering geen bepaling stond op grond waarvan hij – als ingehuurde afloskapitein –  onder de dekking zou vallen.

Die bepaling, en dat is hier ook relevant gebleken, staat wel in de Nederlandse Beurs-cascobepalingen. Daarin wordt de hele bemanning meeverzekerd, zo staat in artikel 5.

Daarnaast zijn verzekeraars, ook verzekeraars die niet met zo’n bepaling in hun polisvoorwaarden werken, niet gewend om bij elke schade te kijken of ze een bemanningslid kunnen aanspreken. In het vervoer, maar ook in de bouw of installatietechniek bijvoorbeeld, is in veel gevallen sprake van verzekerde schade als deze door menselijke fouten wordt veroorzaakt.

De uitspraak van de rechtbank Rotterdam over de Budabrug

Hoe liep het af met de ongelukkige aflosschipper die de Budabrug niet in het oog had?

De rechtbank Rotterdam volgt het verweer van de aflosschipper dat de eigenaar expliciet had moeten waarschuwen voor het feit dat de aflosschipper op eigen risico het schip zou varen en bloot zou staan aan – niet onaanzienlijke – mogelijke schadevorderingen wanneer het mis zou gaan. Die schending van de zorgplicht maakt het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar dat de schade van verzekeraars en de niet-verzekerde schade van de eigenaar op de aflosschipper werd verhaald.

Het is voor zowel opdrachtgevers als zzp’ers, en ook alle andere bemanningsleden, zaak om eens na te gaan hoe het nu zit met de verzekeringsdekking en met afspraken over verhaal van schade.
Een aflosschipper die niet met de eigenaar afspreekt dat de eigenaar ervoor zorgt dat de aflosschipper mee is verzekerd onder P&I- en cascoverzekering, en voorts nadere afspraken maakt over wat er dan gebeurt met de eigen schade van de eigenaar, kan in de toekomst voor nare verrassingen komen te staan.

De rechtbank overweegt in dit geval nog dat het gebruik is in de binnenvaart dat er geen regres op bemanning wordt gehaald, en dat klopt ook zo blijkt uit de jurisprudentie van de laatste honderd jaar, maar er lijkt een tendens waarin verzekeraars toch nader gaan kijken naar mogelijkheden van regres, zeker nu een deel van de vloot niet door Nederlandse verzekeraars maar door buitenlandse verzekeraars wordt verzekerd.

Conclusie en aanbeveling

Zzp’ers moeten zorgen voor goede, schriftelijke, afspraken over aansprakelijkheid met hun opdrachtgevers. Waar mogelijk is het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering voor een zzp’er aan te raden.

Dat geldt ook voor zzp’ers die als aflosschipper werken en hun opdrachtgevers, waarbij ook de eigenaar van het schip (die lang niet altijd de opdrachtgever is) betrokken zou moeten worden. De opdrachtgever moet informatie geven over de vraag of de zzp’er is meeverzekerd onder de casco- en P&I-polis van het schip. Het is dus niet voldoende alleen afspraken te maken met de opdrachtgever, als de aflosschipper via een tussenpersoon wordt ingehuurd door de scheepseigenaar/exploitant. Ook voor deze zzp’ers is het aan te bevelen zich te verzekeren tegen aanspraken van derden, inclusief de opdrachtgever.

Heeft u vragen over dit onderwerp?

Neem dan contact op met Aniek Thissen of Frits Bienfait.


Voetnoot 1:
Foto, bewerkt: Budabrug, Brussel. Naam en ENI schip zijn onleesbaar gemaakt.
Copyright: Juan Gutierrez Andres (zie licentie).
N.B. Het getoonde schip is niet het schip waarmee de aanvaring werd veroorzaakt.


Voetnoot 2:
RTV Noord, 17 augustus 2023: “Ongeluk bij brug Stroobos is 35ste aanvaring in de provincie sinds 2000”.
West, 8 november 2023: “Het is niet de eerste keer dat de hefbrug in Waddinxveen wordt aangevaren. In 2015 was de brug al eens twee maanden gesloten na een botsing met een schip. Drie jaar geleden was het ook raak, toen een boot met een grote pilaar erop tegen de brug op voer.”


Via onderstaande links kunt u de hiervoor behandelde uitspraken lezen op de website van Rechtspraak.nl:

Rechtbank Rotterdam, Budabrug: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBROT:2023:9842

Hoge Raad, ms. Solon: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2000:AA4731

Meer nieuws